Arianne van der Venachtergrond, wetenschap, 7 januari 2012

Tijdlijn 1964

De mensenmakers. Het eerste genderteam.

Op een grauwe ochtend in 1964 levert Larry Kloze, een smoezelige  reclasseringsambtenaar van de gemeente Baltimore, de 17 jarige gauwdief GL af bij de vrouwenkliniek van het Johns Hopkins Hospitaal. Hij heeft de jongen in een mantelpakje van zijn vriendin gehesen. In deze kliniek moet de dief een door de rechter verordende geslachtsoperatie ondergaan.     
 
De operatie moet van GL een nette burger maken, en voorkomen dat hij nog vaker vrouwenkleding, damestasjes en pruiken steelt. Dat doet GL al jaren. Als GL een vrouw wordt, meent rechter JK Cullen, dan zou hij de spullen misschien wel gewoon kopen. De jaren zestig zijn in aankomst, de jaren van de maakbare mens. Het idee dat een geslachtsveranderende operatie de macht heeft om transgender sekswerkers, strippers en gauwdieven te rehabiliteren, leidt tot een enorme stijging van het aantal operaties.   
 
Maar in 1964 is men nog niet zover. Een paar uur voordat de operatie uitgevoerd zal worden, krijgen de chirurgen Howard Jones en Milton Edgerton een telefoontje van de vakgroep psychiatrie. Die meldt dat de operatie niet door kan gaan omdat er voor transseksuele operaties nog geen diagnose gesteld kan worden. In 1964 bestaat er nog geen diagnose voor transseksualiteit.   
 
Toch hebben Jones en Edgerton al aardig wat ervaring met geslachtsoperaties. Het Johns Hopkins voert deze operaties in 1964 officieel nog niet uit, maar Jones en Edgerton doen al sinds de vroege jaren vijftig hersteloperaties voor transseksuelen bij wie de SRS misgaat in Europa, Mexico of Marokko.
Tijdens zijn gesprekken met zijn transseksuele cliënten merkt Edgerton dat geen van hen de beslissing om de operatie te laten doen betreurt - hoezeer hun initiële operatie ook is mislukt. Dat maakt indruk op hem. De precieze oorzaak van transseksualiteit is hem niet bekend, maar als plastisch chirurg wil hij - zo vertelt hij later aan een journalist van het blad Style - de transseksueel evengoed helpen als iemand die een hele grote neus heeft. De neus is niet ziek en er bestaat geen officiële diagnose voor een te grote neus. Maar de opluchting die de cliënt ervaart als de neus wordt aangepast, rechtvaardigt de ingreep. In alle stilte heeft Edgerton, op verwijzing van Harry Benjamin, al voor 1964 een klein aantal gehele geslachtsoperaties gedaan.   
  
  Edgerton
  Milton Edgerton  
 
John Money 
Tegelijkertijd met Edgerton treedt er in 1951 een medisch psycholoog aan op het Johns Hopkins die net zo positief staat tegenover geslachtsoperaties, zij het vanuit een heel ander denkbeeld. John Money is een medisch psycholoog die nu vooral bekend is om zijn mislukte behandeling van David Reimer. In de jaren vijftig van de vorige eeuw verwerft hij veel bekendheid met zijn idee dat iemands biologische sekse niet noodzakelijkerwijs hoeft samen te vallen met zijn genderidentiteit. 
Money ziet dit bijvoorbeeld bij  mensen met het AOS-syndroom, ofwel het androgeen-ongevoeligheid-syndroom. Deze mensen hebben mannelijke genen, maar zijn ongevoelig voor mannelijke hormonen. Hierdoor ontwikkelt het lichaam zich in de vrouwelijke richting. Ook de genderidentiteit is bij de meeste mensen met AOS vrouwelijk. En dus, zegt Money, moeten we een onderscheid maken tussen genetische sekse en "genderidentiteit".
Money is zelfs de bedenker van de woorden "genderidentiteit" en "genderrol". Hij meent dat de mens wordt geboren als een onbeschreven blad en dat de genderidentiteit zich gedurende de eerste drie jaren van het leven uitkristalliseert. Daar zorgt de opvoeding voor. Gedurende die eerste jaren is de genderidentiteit nog beïnvloedbaar, daarna staat ze vast. Bij transseksuelen sporen biologische sekse en genderidentiteit niet, en omdat de genderidentiteit na het derde levensjaar niet meer te veranderen is, meent Money dat men maar beter het lichaam aan kan passen.    
 
 johnmoney
  John Money (staand) en Harry Benjamin in 1969. 
Edgerton en Benjamin waren op zich niet zo geinteresseerd in Money's theorien. Voor hen was het welzijn van hun clienten leidend.
 
Lovemaps 
Maar hoe weet je nu wat je echte genderidentiteit is? Volgens Money is iemands seksualiteit een heel belangrijke indicator voor zijn echte genderidentiteit. Hij meent dat ieder mens een "lovemap" heeft, een geïdealiseerd seksueel scenario dat min of meer vanzelf leidt tot een seksuele climax. In gewone woorden is je lovemap eigenlijk je favoriete masturbatiefantasie. Money wil altijd heel graag de lovemaps van zijn transseksuele cliënten weten, omdat het hem veel vertelt over hun gender. Het is vaak het eerste waar hij naar vraagt. Veel van Money's transseksuele cliënten vinden zijn vragen maar ongepast en ongemakkelijk. 

Ook de conservatieve vakgroep psychiatrie van het Johns Hopkins moet niet veel hebben van Money's theorieën. Volgens die vakgroep lijden transgenders aan een gevaarlijke waan. Money voelt zich miskend en wil zijn theorieën over gender graag bewijzen. Die kans krijgt hij als in 1967 de ouders van David Reimer om zijn hulp vragen. Hun zoontje verliest voor zijn eerste verjaardag een deel van zijn penis bij een mislukte besnijdenis. Hij is ook deel van een eeneiige tweeling. De ouders hebben Money op TV gezien. Money vertelde dat niet de genen maar de opvoeding de genderidentiteit bepaalt. Money vertelt de ouders dat het mogelijk is om David als meisje op te voeden. David was immers nog geen drie jaar oud. Het zou moeten lukken om van hem nog een meisje te maken. Zeker als David geopereerd zou worden... Net voor zijn tweede jaar worden bij David Reimer de testes verwijderd.   
 
  davidreimer1
  David Reimer als Brenda Reimer. 
Als David een vrouwelijke identiteit ontwikkelt, bewijst zij Money's theorie dat de opvoeding de genderidentiteit bepaalt en dat de mens "maakbaar" is.   
 
De psychiaters 
De stilte rond de geheime geslachtsoperaties van Edgerton wordt in 1966 ruw doorbroken als een gossip-column in de New York Daily News meldt dat er "een verbluffend mooie dame de ronde doet door de clubs van New York, die iedereen vertelt dat zij tot voor een jaar een man was, maar nu een vrouw is, dankzij een sekse-veranderende operatie... bij geen ander hospitaal dan het Johns Hopkins in Baltimore". 
Edgerton vertelt in Style hoe hij kort na het verschijnen van de column gebeld wordt door zijn directeur. ‘Ik krijg net een telefoontje van de NY Times', zegt de directeur. 'Vertel mij eens Milt, doen wij hier transseksuele operaties?' 
'Dat doen we inderdaad', antwoordt Edgerton, 'maar ik geloof niet dat we er klaar voor zijn om dat publiek te maken'. 
 
Omdat het verhaal toch niet gestopt kan worden, kondigt het Johns Hopkins daags na het artikel de start aan van de eerste echte officiële Gender Identiteit Kliniek. Het team bestaat uit medisch psycholoog John Money, een endocrinoloog, een aantal chirurgen en een drietal psychiaters. Het is het eerste genderteam in de wereld en is op slag wereldberoemd. Het Hopkins is het toonaangevende hospitaal in de VS. Als het deze operaties uitvoert, ligt de weg vrij voor andere hospitalen om hetzelfde te doen. In de tien daaropvolgende jaren worden dan ook een kleine 40 genderklinieken opgericht in de Verenigde Staten. Maar het genderteam van Money is vanaf de eerste dag van zijn bestaan een slagveld.  
 
  -Hopkins-Hospital-Shooting
  De oprichting van het genderteam in het Johns Hopkins Hospitaal leidt tot het oprichten van 40 andere genderteams in de Verenigde Staten. De transgenderzorg is begonnen.   
 
 Wat is transseksualiteit? 
Omdat transseksualiteit nog geen officieel erkende diagnose is, is er ook nog geen manier om te bepalen wie nu een "echte" transseksueel is. Wie mag er nou wel een operatie ondergaan en wie niet? Het team komt er niet uit. Het team is het zelfs niet eens over wat transseksualiteit nou eigenlijk is. Money ziet het als een strijd tussen biologische sekse en de genderidentiteit, die zo snel mogelijk verholpen moet worden door een operatie; de psychiaters zien het als een waan die eigenlijk nooit met een lichamelijke ingreep behandeld moet worden, en de chirurgen zien het als eenvoudig te verhelpen leed (zoals het lijden onder een te grote neus). 
Het team kan zich wel verenigen op een paar procedures: het zal alleen cliënten helpen die niet voor psychotherapie vatbaar zijn. Dit zijn mensen van wie de geschiedenis toont dat zij zonder medische behandeling niet veel van hun leven zullen maken. Bijgevolg krijgt het genderteam veel cliënten uit The Block, de zelfkant van Baltimore. Het doel is om van hen nette en gelukkige burgers te maken. 
Er worden ook afspraken over de behandeling gemaakt. Om er zeker van te zijn dat de behandeling gepast is, leeft de cliënt voorafgaand aan de medische behandeling een aantal jaar in zijn of haar doelgeslacht. Gedurende die tijd zal de cliënt tweemaal langsgaan bij alle tien leden van het genderteam. De eerste keer om van allen een OK te krijgen voor hormoontherapie, en de tweede keer voor de operatie. Na iedere ronde wordt de cliënt besproken in het genderteam. Steeds weer loopt het team vast. 

Door de onderlinge strijd komen er gedurende de 14 jaar dat het team bestaat, maar 32 cliënten door de selectie heen. De ambitieuze Money raakt enorm gefrustreerd in het team. Hij voelt zich gesaboteerd. Hij wil eigenlijk het grootste genderteam van de VS runnen. De haat en nijd in het team straalt af op de cliënten. Ook op David Reimer. Als Reimer 10 jaar is weigert hij een geslachtsoperatie te ondergaan om een vagina te maken. Het gezin Reimer laat schoorvoetend merken dat wat hen betreft de behandeling niet gelukt is. Voor Money is dit een klap. David had Money's theorie moeten bewijzen. Money kan niet accepteren dat de behandeling niet geslaagd is en publiceert het geval Reimer als een succesverhaal.   
 
De cliënten  
De cliënten beginnen het team te schuwen. De nu 58-jarige oogchirurge Dana Beyer, klopte in 1973 als 20-jarige student medicijnen aan bij het team. Zij ontmoet een team dat zo vijandig en cynisch staat jegens zijn cliënten dat zij snel vlucht. Vanaf het eerste intakegesprek worden zoveel op seks gerichte vragen gesteld, dat zij denkt dat zij nooit een transseksueel kan zijn. ‘Je kunt je niet voorstellen hoe wanhopig je je voelt', vertelt Beyer die ook door Style geïnterviewd is. ‘Ik heb mijn hele leven het gevoel gehad dat er iets heel grondig fout zit en nu is er de gelegenheid om het samen met een aantal professionals recht te zetten... om het goed te maken. Dit is de plaats waar ik antwoorden verwacht... waar mijn leven gerepareerd kan worden." Maar de benadering van de psychiaters is zo koud en vijandig en de intake zo gericht op seksualiteit, en zo weinig op gender, dat het nog dertig jaar duurt voordat Beyer het opnieuw probeert en haar transitie doet.  
 
  dana-beyer
  Dokter Dana Beyer in 2010, een cliënte in 1972.  
 
Duizenden transseksuelen 
De betekenis van het genderteam aan het Johns Hopkins ligt dan ook niet in het aantal behandelde cliënten, maar in de navolging die het genderteam krijgt. Tussen 1966 en 1976 openen alleen al in de VS 40 genderteams hun deuren. De genderzorg explodeert. Transseksuelen vormen groepen en worden een sociale minderheid. 
Terwijl het bij het Hopkins bijna onmogelijk is om een behandeling te krijgen, is het bij veel andere genderteams weer veel te makkelijk. Dat komt doordat nog maar weinig artsen en psychologen affiniteit hebben met transgender-problematiek. Ze gaan niet, zoals Hirschfeld en Harry Benjamin deden, naar de transkroegen. Ze weten niets over hun cliënten, behalve wat die hen vertellen. Anne Bolin beschrijft in haar boek "All about Eve, transsexual rites of passage" hoe transseksuelen elkaar vertellen hoe je van een bepaalde dokter kunt krijgen wat je wilt. Hoe je gekleed moet gaan, wat je moet zeggen... Sommige transgenders komen hierdoor al te snel in een medisch traject, zonder de tijd te nemen om zichzelf en hun omgeving voor te bereiden op een levensveranderende stap. En zonder competente begeleiding...  

Het einde van de genderkliniek 
Uiteindelijk wordt het genderteam van het Hopkins uit zijn lijden verlost door zijn eigen voorzitter, Dr. John Meyer. Meyer was bij zijn aantreden in 1971 een voorstander van geslachtsoperaties omdat Money hem vertelde dat die cliënten gelukkiger zouden maken. Maar na een paar jaar valt het Meyer op dat hij maar weinig gelukkige transgenders ziet. Een van de uitgangspunten van de behandeling is dat de client gerehabiliteerd wordt. Dat wil zeggen dat de client weer deel uit gaat maken van de maatschappij en bijvoorbeeld een baan en een partner vindt.
Gedurende een achtjarige studie kijkt Meyer of de cliënten van het genderteam er inderdaad na de behandeling in sociaal en economisch op vooruit gaan. Meyer kijkt of zijn cliënten de prostitutie en het straatleven verlaten, of ze een baan nemen, in het huwelijk treden en een betere scholing krijgen. Hij kijkt of zij sociaal stabieler worden en probeert dit te meten door te kijken of zijn cliënten na hun behandeling langer op hetzelfde adres blijven wonen en of ze minder vaak naar de psycholoog gaan. 

De resultaten van Meyer's studie vallen tegen: of cliënten nu behandeld worden of niet, in sociaal-economisch opzicht gaan ze er na de operatie even vaak op vooruit als achteruit. En dus, concludeert Meyer in 1979, heeft de operatie geen zin. Meyer meent nu dat transgenders een psychologisch probleem hebben, waar de medische behandeling geen antwoord op geeft.   
 
  meyer2 2
 
  Jon Meyer. 
De medische behandeling van transgenders wordt in de jaren zeventig deels gemotiveerd door het geloof dat een sekse-veranderende operatie ongelukkige, werkloze en soms ook delinquente cliënten kan veranderen in gelukkig getrouwde burgers met een goede baan. Meyer's studie toont aan dat de sociaal-economische positie van cliënten na de operatie net zo vaak voor als achteruit gaat. Hij concludeert dat de operatie geen zin heeft.  

Grenzen aan de maakbaarheid
Er is veel kritiek op de studie van Meyer. Edgerton en Money vinden het vreemd dat Meyer alleen naar sociaal-economische data kijkt en de cliënten niet vraagt wat zij van de uitkomst van de behandeling vinden. Geen van de door Meyer onderzochte cliënten heeft spijt van de behandeling. Cliënten voelen zich na de operatie meer zichzelf. 
En hoe kan Meyer nou denken dat het sociale en economische leven van de transseksueel er na zijn coming-out beter op wordt? De coming-out van een transgender gaat juist vaak ten koste van zijn sociale en economische positie. Daarom wacht de cliënt er ook zo lang mee. Ze weten dat ze hun baan, hun partner, en soms ook hun band met hun vrienden en familie kunnen verliezen. Na de behandeling kan de client niet altijd doorgaan voor zijn doelgeslacht. Soms stuit hij op een muur van discriminatie. De chirurg kan wel het individu, maar niet de maatschappij, op de operatietafel leggen. Er zijn grenzen aan de maakbaarheid van de mens en aan de rehabilitatie benadering. Van transgender zijn word je dus niet per se gelukkig. 
Met zijn studie overtuigt Meyer het bestuur van het John Hopkins hospitaal om zijn genderkliniek te sluiten. Money's verzet maakt niet veel uit. Money zegt dat Meyer's onderzoek doelbewust de feiten verdraait om de kliniek te sluiten. Hij heeft echter geen poot om op te staan. Er sijpelen al berichten door naar de directie dat Money zelf onderzoeksresultaten vervalst heeft. Met name in de Reimer-zaak... 
Op basis van Meyer's studie besluiten de  Amerikaanse ziektekostenverzekeraars om transgender-zorg niet langer te vergoeden. Vanaf nu betalen Amerikaanse transgenders hun zorg zelf. Velen kunnen dat niet. Van de weeromstuit sluiten bijna alle genderklinieken in de Verenigde Staten de deuren.   
 
  davidreimer2
  David Reimer 
 Tot 1997 houdt Money vol dat Reimers behandeling succesvol is en zijn theorie bewijst. Dan brengt Reimer zijn verhaal in de openbaarheid. Reimer vertelt dat hij al decennia als man leeft en zich nooit een meisje heeft gevoeld. Hij vertelt ook dat Money hem en zijn broer "sexual rehearsal play" liet doen, waarbij David op zijn knieën op de grond moet zitten en zijn broer de stotende bewegingen moet maken tegen zijn billen. Money gaat niet in op de beschuldiging. Hij heeft zijn reputatie na 1997 niet meer weten te herstellen.    

Het begin van transgender-zorg 
In 1979 ligt de transgender-zorg in de VS plotseling stil. Waar moeten de duizenden transgender-cliënten die er inmiddels zijn naar toe? De behandelaars die een echte affiniteit hebben met de problematiek, zetten hun zorg buiten de genderklinieken voort. Zij verenigen zich in de Harry Benjamin Vereniging (nu WPATH geheten), geven een Standards of Care uit en bevechten bij de Amerikaanse Vereniging voor Psychologen dat "Transseksualiteit" een heuse psychiatrische diagnose wordt, waarbij medisch ingrijpen mogelijk is. Daarmee verzekeren zij het voortbestaan van medische hulp voor transgender cliënten.   
 
Nu de Amerikaanse transgender voor zijn eigen zorg betaalt, verandert zijn verhouding tot de hulpverlener. De transgender ondergaat niet langer zijn zorg, maar bepaalt vaker zelf wat er gebeurt. Boden de genderklinieken een menu-behandeling aan, waarbij de therapeut en de chirurg uit dezelfde instelling komen en een vast pakket aanbieden, nu kiest de transgender zijn zorg en zijn zorgaanbieders "a la carte", waardoor de cliënt en de therapeut meer zelfstandig worden. Vaak kiest de transgender cliënt voor een gedeeltelijke behandeling. Soms is dit omdat hij het geld ontbeert voor een gehele behandeling, maar vaak ook omdat hij dit zo wenst. De Standards of Care zijn sinds 1979 vijfmaal herzien. Zij plooien zich steeds meer naar het zorgpad dat de cliënt zelf wenst. De Amerikaanse hulpverlener is meer gespecialiseerd, meer competent en niet zelden ervaringsdeskundig.   
 
Inmiddels lijkt het hersenonderzoek van Swaab uit te wijzen dat Money geen gelijk had. Als het om de genderidentiteit gaat, wordt de mens waarschijnlijk niet als een onbeschreven blad geboren.  Dr. Meyer gelooft nog steeds dat transgenders psychologisch gestoord zijn. 

Milton Edgerton, de chirurg van het team, ontvlucht het ruziënde team al in 1971. Hij vertrekt naar een ander ziekenhuis en richt daar een nieuwe genderkliniek op. 'Na de operatie hebben cliënten een veel groter gevoel van heelheid en van zelfvertrouwen', vertelt hij in 1996 aan het blad Clinical Psychiatry. 'Daar doe ik het voor.'