Emile de Vriesrecensies, 7 september 2003

Over vrouwenharten en mannenfantasieën

De Kameleon: roman van Paul Claes (boekrecensie)

In 2001 verscheen De Kameleon, een roman van Paul Claes over de historische achttiende-eeuwse figuur Charles d'Éon. In 2002 kreeg hij voor deze roman de Multatuliprijs, en bovendien was De Kameleon een van de genomineerde boeken voor de AKO-literatuurprijs. De jury van de Multatuliprijs oordeelde: 'Paul Claes is een taalkunstenaar' en 'Het is een verhaal vol liefdesintriges en machtsspelletjes (...). De wereld waarin die zich afspelen is hem even vreemd als ons, maar hij heeft er zoveel belangstelling voor dat hij zichzelf en ons ermee vertrouwd weet te maken.' Charles d'Éon is vooral de geschiedenis ingegaan als de man die zijn omgeving ervan wist te overtuigen dat hij als vrouw geboren was. Het Continuüm is benieuwd wat Paul Claes met dit gegeven heeft gedaan en hoe hij de wereld van de hoofdpersoon vertrouwd weet te maken.

Omslag De KameleonCharles d'Éon leefde van 1728 tot 1810. Hij verwierf zich een bijzondere en belangrijke plek aan het Franse hof als lid van de Geheime Dienst van Lodewijk de Vijftiende. Aan het begin van zijn carriere werd hij als spion uitgezonden naar het Russische hof. Zelf beweerde D'Éon dat hij die missie als vrouw vervulde: als gezelschapsdame van de Russische tsarin zou hij een van haar vertrouwelingen geweest zijn. Dat is waarschijnlijk niet waar. Wel is het zeker dat hij geruime tijd als vrouw leefde en dat Lodewijk de Zestiende hem in 1777 zelfs officieel vrouw verklaarde. Charles d'Éon had toen al een indrukwekkende carriere achter de rug, onder meer als spion, diplomaat en militiair.

Jeanne d'Arc
Charles d'Éon moet een vreemd en interessant leven geleid hebben. Toen kwade tongen in de jaren zeventig van zijn tijd beweerden dat hij eigenlijk een vrouw was, deed hij niets om die roddels te ontkrachten. Het is niet duidelijk waarom die geruchten de kop opstaken, en waarom hij niets deed om de verhalen tegen te spreken.
Nadat Lodewijk de Zestiende hem officieel vrouw verklaarde, bleef hij zich nog geruime tijd kleden in zijn militaire, mannelijke uniform. Pas toen het hem min of meer verboden werd nog langer mannenkleding te dragen, ging hij zich kleden zoals het een achttiende-eeuwse vrouw betaamde. Op haar gewelfde vrouwenborst droeg ze het teken van mannelijke moed: een militaire onderscheiding die ze als man voor haar heldendaden had ontvangen.
Hoewel tijdgenoten over D'Éon zeiden dat ze eruit zag als een man in vrouwenkleding, en over haar armen optekenden dat die eruitzagen alsof ze eerder geschikt waren om een stoel de lucht in te tillen dan een waaier vast te houden, bleef men verbazingwekkend genoeg overtuigd van D'Éons vrouwelijkheid. En D'Éon deed niets om haar omgeving wijzer te maken. In haar autobiografie schrijft ze dat ze weliswaar als vrouw geboren is, maar door haar ouders als man grootgebracht in verband met een erfenis.
Na haar transitie werd D'Éon een vrome dame. Haar grote voorbeeld was Jeanne d'Arc. Die was toen nog niet heilig verklaard, maar D'Éon vond wel een aantal andere voorbeelden in de Rooms-Katholieke kerk van heilige vrouwen die als man door het leven gingen. Wat trok D'Éon, die uiteindelijk een man in vrouwenkleren was, aan in Jeanne d'Arc, die bekend staat als mannelijke vrouw. Hoe voelde D'Éon zich bij haar betrokken? Voelde hij zich evenals Jeanne d'Arc een vrouw in mannenkleren of voelde hij zich op een andere manier tot haar aangetrokken?
Een roman is een uitstekend middel om dit soort vragen te onderzoeken en er vrijblijvend een antwoord op te formuleren. Paul Claes is niet de eerste die een roman over D'Éon schrijft, en hij heeft ongetwijfeld uitgebreid onderzoek gedaan naar hem of haar en naar de tijd waarin hij of zij leefde. Zou hij zich ook verdiept hebben in de belevingswereld van mensen die de grenzen van hun biologische sekse overschrijden? Zou hij zich hebben afgevraagd hoe moeilijk of makkelijk het is voor een man om als vrouw te leven, of andersom?

Mannenfantasie
In De Kameleon blijkt daar weinig van. Het boek beschrijft de memoires van Charles d'Éon. Op ietwat pocherige toon vertelt hij zijn relaas. De eerste keer dat hij zich als vrouw verkleed, is al direct een succes. De aanleiding voor deze verkleedpartij is een gemaskerd bal.
D'Éon als man'Zo'n gemaskerd bal is altijd een ellende,' zei mijn vriend. 'De lui die ons niet herkennen vallen ons lastig en de lui die ons wel herkennen vervelen ons.'
'Misschien kunnen we ons zo vermommen dat we niet verkleed lijken.'
'Dat is het, Charles! Je brengt me op een idee! Weet je, we zullen gaan als man en vrouw.'

Omdat Charles de kleinste van de twee is, speelt hij de vrouw. Het gaat hem direct bijzonder goed af, want: 'De opwinding gaf me als bij toverslag het air dat bij mijn vermomming paste.' Makkelijk gezegd. Op het bal straalt hij en verovert hij direct een aantal vrouwenharten. De gastvrouw nodigt hem uit voor een souper en hij belandt met haar in bed. Ze is geschokt als blijkt dat hij een man is en roept woedend haar eigen man erbij, die een vrouw blijkt te zijn. Voor de ogen van Charles voltrekt zich vervolgens een sapfisch tafereel.
Het leest als een mannenfantasie, mooi beschreven weliswaar, maar geen doorleefde herinnering van een transgendered persoon.
Na deze gedenkwaardige avond wordt Charles door een neef van Lodewijk de Vijftiende uitgezonden naar Rusland, om daar, als vrouw, spionagewerk te verrichten. Ook dat gaat hem bijzonder goed af.
Verschillende vrouwen, waaronder de Tsarina, laten hem weten dat ze beslist verliefd op hem zouden zijn geworden als hij een man was geweest. Aan het woord is een man die wil laten weten dat hij zelfs als vrouw zijn mannetje kan staan. Zelfs verkleed als vrouw verliest hij zijn mannelijkheid niet: vrouwen vinden hem immers aantrekkelijk.

Vreemde neiging
Gedurende het hele boek klinkt de stem van Charles d'Éon, die notabene meer dan dertig jaar als vrouw leefde, als de stem van een opschepperige man. Hij beweegt zich net iets te gemakkelijk afwisselend als man en als vrouw door de verschillende lagen van de Franse, Russische en Engelse samenleving om geloofwaardig te zijn. Slechts een enkele keer gewaagt hij van verwarring:
Terwijl ik door het koetsraampje passanten zag verschijnen en verdwijnen, leek de wereld me opeens een maskerade geworden. Was die gebochelde bedelaar in werkelijkheid een baron? Verborg die dame onder haar hoepelrok geen ongewoon lichaamsdeel? Een pruik, enkele kledingstukken, een laagje rijstpoeder waren voldoende om een knecht in een heer te veranderen. Wie was wie? Wie was wat? Wat was ikzelf?
Maar het is duidelijk dat de hoofdfiguur uit Claes' verhaal een man is. Vrouw wordt hij alleen op instigatie van anderen: D'Éon als vrouwzijn vriend komt op het idee als man en vrouw naar een gemaskerd bal te gaan, een neef van de koning draagt hem op zich als vrouw te vermommen en naar het Russische hof af te reizen, een oude liefde haalt hem over als vrouw met haar naar een toneelvoorstelling te gaan en op aanraden van een Franse spion slijt hij zijn laatste dagen als vrouw. Wat hij daar zelf bij voelt, komt de lezer niet te weten. D'Éons zelfanalyse gaat niet dieper dan dit: 'Vanwaar die vreemde neiging om me als vrouw te vermommen? Ik wist het zelf niet, en er was niemand die het me kon vertellen, behalve mijn moeder misschien.' Hij maakt zich er drukker over of hij nu wel of niet van adel is en laat het vooral aan anderen over uitspraken te doen over zijn gender-identiteit. Zo merkt een vriendin quasi-filosofisch op: 'Ik wist dat je alleen man kon worden als vrouw.'

Schets
Juist omdat Claes zijn roman heeft gegoten in de vorm van memoires, opgetekend uit de mond van de ik-figuur, komt de lezer weinig over die ik-figuur te weten. Er is maar één invalshoek, één perspectief. De lezer ziet alle gebeurtenissen door de ogen van D'Éon. Er is geen ruimte voor een verteller die zich heeft ontworstelt aan het keurslijf van de achttiende eeuw en die de hedendaagse lezer een blik in de hoofden van de personages kan gunnen. In De Kameleon worden daardoor de contouren van de kringen waarin D'Éon verkeert steeds duidelijker, maar de ik-figuur en hoofdpersoon blijft een ruwe schets. Als literair product is het boek dus beter geslaagd dan als portret van Charles d'Éon, de man die als vrouw de geschiedenis in wilde gaan.


Paul Claes: De Kameleon
Uitgever: De Bezige Bij, 2001.
ISBN 902347046x. 239 blz.