Tim de Jongopinie, wetenschap, 9 mei 2000

Emancipatieprijs voor Peggy Cohen en Petra Klene


Op 7 april werd de Ribbius Peletierprijs 2000 uitgereikt aan twee mensen die zich beroepsmatig inzetten voor de emancipatie van transseksuelen. Petra Klene is als maatschappelijk werker en beleidsfunctionaris van de werkgroep Transseksualiteit en Genderdysforie vooral gericht op de praktische en emotionele ondersteuning van haar cliënten. Peggy Cohen heeft als klinisch psycholoog/psychotherapeut en hoogleraar genderontwikkeling en psychopathologie van het Utrechts Medisch Centrum, vooral naam gemaakt in de theoretische doordenking van de problemen rond genderidentiteit en het onderzoek naar een goede en zorgvuldige behandeling, in het bijzonder van kinderen en jong volwassenen.

Met deze prijs, bedoeld 'ter bevordering van humanisme en vrouwenemancipatie' werd dit jaar een traditie doorbroken. De jury, onder voorzitterschap van Francine Giskes, Tweede Kamerlid voor D66, plaatste haar keuze voor juist deze prijswinnaars in het licht van een verbreding van de oorspronkelijke doelstelling naar 'emancipatie van mensen overeenkomstig het humanistisch gedachtegoed'. Het onderwerp transseksualiteit, zo was de juryleden niet ontgaan, is nog altijd omgeven met een taboe dat voor de mensen met vragen over (trans)seksualiteit tal van persoonlijke en maatschappelijke problemen oplevert die dringend erkenning en goede zorg behoeven. De prijs is dan ook als stimulans bedoeld om het werk voor deze doelgroep in de toekomst voort te zetten.

De prijswinnaars werden in een Utrechts zaaltje, te klein voor de vele genodigden, pers en belangstellenden, gelauwerd met speeches, bloemen en felicitaties. Marius Ernsting, directeur van Humanitas, meldde in zijn toelichting op de voordracht van Petra Klene het teleurstellende bericht dat de overheid onlangs de subsidiekraan voor het project Transseksualiteit en Genderdysforie heeft dichtgedraaid. Het bestuur van Humanitas zal de werkzaamheden uit andere middelen gaan financieren, en probeert ondertussen het ministerie te doen inzien dat de doelstellingen van het project nog lang niet zijn bereikt. Petra Klene onderschreef in haar dankwoord het motto van Humanitas 'doen wat je moet doen'. In een korte terugblik op haar leven onthulde ze de wortels van haar betrokkenheid bij het onderwerp transseksualiteit. Ooit werd zij door een 'variatie van moeder natuur' op de wereld gezet met dubbelzinnige geslachtsorganen, in een tijd dat artsen hier geen raad mee wisten. Via een lange persoonlijke zoektocht heeft zij uiteindelijk kunnen besluiten zichzelf te zijn en 'te leven'. Zo werd haar eigen genderdysforie uiteindelijk ook de inspiratie om zich in te zetten voor transseksuelen, transgenders en interseksuelen.

Bertine Collette, emeritus hoogleraar huisartsgeneeskunde, lichtte de andere voordracht toe met onder andere enkele fraaie citaten van Peggy Cohen zelf, zoals 'Een classificatie in twee geslachten is een oversimplificatie' en 'Een mensbeeld dat boven de geslachten staat, lijkt het nastreven waard' (uit 'Genderproblematiek: het zwakke geslacht heroverwogen' oratie, 1993). In haar dankwoord schetste Cohen de situatie waarin zij dertien jaar geleden met de begeleiding van kinderen en jongeren begon. 'Er was geen wetenschappelijk onderzoek en geen diagnostiek. En er was veel afkeer.' In de volgende jaren heeft zij niet alleen zelf een groot aanzien verworven met haar bijdrage aan het internationale debat over de behandeling van transseksuelen, maar heeft haar afdeling kennelijk ook meer status gewonnen en een flinke groei doorgemaakt. Het aantal door haar genoemde directe collega's, researchers en therapeuten die zich met genderdysfore kinderen en hun familie bezighouden, was althans niet op een hand te tellen. Jammer dat deze prijsuitreiking tevens de laatste was van de Stichting Ribbius Peletier. De emancipatie van mensen is nog niet voltooid.