Arianne van der Venachtergrond, 8 april 2011

Tijdlijn: 1869

Liever pygist dan transgender?

1869 is het jaar van de eerste transgender cliënt. Het is ook het jaar dat een Hongaarse activist het woord homoseksualiteit uitvindt. De Franse filosoof Foucault is een bekend commentator van deze tijd. Hij ziet dat de mensen die binnen de nieuwe categorieën gevangen worden, ook steeds kwetsbaarder worden voor de "kennis" die over hen verspreid wordt. Is er eigenlijk wel een veilige categorie?

Ich möchte gern ein man sein” schrijft de eerste transgender cliënt aan haar Berlijnse psychiater Dr. Westphal. De niet bij naam genoemde cliënt schrijft dat zij zich sinds haar vroege jeugd man heeft gevoeld en verzoekt Westphal om medische hulp om inderdaad ook man te worden. Westphal heeft haar weinig te bieden maar beschrijft haar casus in het Archiv fur Psychiatrie und Nerven Krankheiten. Hij diagnosticeert zijn cliënte onder zijn categorie 'contrare sexual empfinding', een diagnose die hij zowel aan transgender als aan homoseksuele cliënten geeft.

Dr. Westphal’s beschrijving heeft meer dan een eeuw stof vergaard voordat Michel Foucault hem in 1977 terugvond. Westphal, die in 1890 overleed, was toen al meer dan tachtig jaar de geschiedenis ingegaan als de grote man van de knietrekreflex. Zijn grootste verdienste, vond men, was dat hij had aangetoond hoe die reflex gebruikt kan worden om neurologische schade op te sporen. Foucault echter, bombardeerde de man tot 'uitvinder van de homoseksualiteit', en vond dat eigenlijk nauwelijks een verdienste. Hoezo uitvinder?

Volgens de Foucault deed Westphal een hele belangrijke stap toen hij zijn transgender cliënte een diagnose opplakte. “De sodomiet had een tijdelijke afwijking, maar de homoseksueel was een nieuwe mensensoort” schrijft Foucault in zijn Geschiedenis van de Seksualiteit. De sodomiet van vóór Westphal heeft gewoon zin in een bepaald soort seks. Misschien wil hij ook wel leven in de andere genderrol. Maar de homoseksueel van na Westphal heeft een innerlijk dat hem wezenlijk doet verschillen van alle andere mensen. Hij heeft een identiteit die hem apart zet van andere mensen. En die apartheid vind Foucault maar eng.

Westphal 2

Carl Westphal is niet alleen beroemd om zijn gebruik van de knietrekreflex.Hij beschreef ook de eerste drie gevallen van pleinvrees. Hij heeft hiervoor ook de officiële naam bedacht: agorafobie.



Westphal’s naam voor homoseksualiteit en transgender ('contrare sexual empfinding')
was geen blijvertje. In hetzelfde jaar publiceert de Hongaarse schrijver en activist Karl-Maria Kertbeny een pamflet waarin hij het woord 'homoseksueel' en 'heteroseksueel' introduceert. Deze woorden zullen zeventien jaar later hun weg vinden in het eerste echte kookboek van seksuele geaardheden, de Psychopathia Sexualis (1886)van Richard von Krafft Ebbing. Daardoor spreken we vandaag van homoseksueel en heteroseksueel in plaats van 'contraire seksualiteit'. Overigens bedacht Kertbeny ook minder tijdloze categorieën. Zo gaf hij masturbanten de naam 'monoseksueel' en noemde hij de liefhebbers van de bilpartij 'pygisten', naar 'pyge', het Griekse woord voor zitvlak.



Kertbeny

Karl-Maria Kertbeny bedacht de woorden homo-, hetero- en monoseksueel. De pygist, ofwel de billenliefhebber, is de kroon op zijn werk.


Kertbeny vond het woord homoseksueel uit om homoseksuelen te emanciperen. Hij wilde homoseksuelen beschermen tegen de onwetendheid van de massa door 'goede' informatie over hen te verspreiden. Dat was de hoop. Foucault heeft echter beschreven hoe het afzonderen van de homoseksuelen in een categorie, anderen weer in staat heeft gesteld om 'slechte' informatie over hen te verspreiden, en daarmee 'slechte' macht over hen uit te oefenen. Macht die diep kan doordringen in het zelfbeeld van het individu.

Foucault was een goede bekende was in het Parijse leercircuit, maar hij heeft zich nooit geïdentificeerd met het label homo. Dat zou de mens die hij was te veel reduceren. Het zou hem ook te kwetsbaar maken voor de 'kennis' van anderen en hem te zeer onderwerpen aan hun macht. En tenslotte vond hij het niet erg 'zorgzaam' voor het zelf om het eigen zelf zo fundamenteel  apart te zetten van dat van anderen. Je kan als man met mannen vrijen zonder jezelf af te sluiten in de categorie homoseksueel. Je kan je lichaam aanpassen aan je wensen, zonder jezelf apart te zetten onder het label transseksueel. In zijn historische studies toont Foucault aan hoe categorieën en identiteiten aldoor komen en gaan, en hoe het aannemen van een identiteit altijd zowel knechtende als bevrijdende effecten heeft.

Sinds Kertbeny is er nooit meer iets vernomen van de pygisten. Zij hebben zich nooit ingespannen voor hun emancipatie. Misschien wel omdat iedereen van een paar mooie billen houdt. Misschien is pygist wel een volmaakt veilige identiteit.

De serie 'Tijdlijn' volgt de beeldvorming in de wetenschap van transgender(s) door de tijd heen, haar invloed op de behandeling en het zelfbeeld van transgenders, en de emancipatie van transgenders in de maatschappij. Suggesties voor onderwerpen zijn van harte welkom.