Spectaculaire opening Transgender Filmfestival door Lynnee Breedlove
Persoonlijke verhalen vanuit underground culture
‘Mensen vragen mij: Ben je een man of een vrouw? Dan zeg ik: Waarom vraag je dat aan mij? Zie ik eruit alsof ik het weet?’ Lynnee Breedlove, voormalig zanger/es van de legendarische lesbische punkband Tribe 8, is in Amsterdam. Hij opende woensdag 23 mei het vierde Nederlands Transgender Filmfestival in de Balie met de performance One Freak Show.
Breedlove neemt ons in zijn show mee naar het openbare toilet. Als man met een vrouwenlichaam weet hij niet goed waar hij moet zijn. De symbolen zeggen hem niks: ‘Ik zie een plakfiguurtje links, ik zie een plakfiguurtje met een driehoekje rechts. Ik heb ook een driehoekje, maar die wijst de andere kant op.’
Met hilarische voorbeelden neemt hij ons mee, eerst voorzichtig de damestoiletten in: ‘People in the ladiesroom are dangerous!’ En inderdaad, een vrouw klemt zich aan haar handtas en roept: ‘Security, er zit een man op het damestoilet!’ Breedlove laat haar borsten zien – ook aan ons – en doet opnieuw de vrouwenstem na: ‘Security, er zit een man met tieten op het damestoilet!’
Nee dan het herentoilet. Mannen op een openbaar toilet maken geen oogcontact. Als je het wel doet, ben je gay. Breedlove doet voor hoe hij een plastuit gebruikt. Hij trekt zijn broek naar beneden en plast door de gulp via de plastuit. Ideaal zo’n tuit, goedkoop en met een brede ingang. ‘Want tenzij je een oude feminist bent die vroeger naakt op een spiegel knielde, weet je niet waar je plas vandaan komt.’
Underground-cultuur
Het publiek giert het uit. Achteraf vertelt Breedlove dat hij ook genoten heeft. ‘Ik heb nog nooit voor zoveel trannies gespeeld.’ Ik spreek hem de volgende dag opnieuw. Hij arriveert op de fiets, wat me niet verbaast want Jim, de protagonist in zijn roman Godspeed is een fietskoerier. Daarbij is Jim een transgender drugsgebruiker die verliefd is op een stripper. Gaat Godspeed over zijn eigen leven?
‘Het is sterk autobiografisch maar ik heb niet alles zelf meegemaakt. Ik noem mezelf documentalist van de underground-cultuur. Ik documenteer een cultuur waar niet veel over geschreven wordt, zoals Charles Dickens en Jack Kerouak dat ook deden. Net als zij beschrijf ik een politiek activistische beweging vanuit een persoonlijk perspectief. Dat ik-perspectief maakt het minder bedreigend. Godspeed gaat over een “vreemde” subcultuur, maar intussen gaat het over grote, menselijke vragen zoals: hoe onderhoud je een echte vriendschap?’
Wat is je drijfveer om dat te doen?
‘Ik wil liefde, aandacht. Ik wil mensen aan het lachen maken, hen charmeren.’ Dan serieuzer: ‘Ik wil mensen aanspreken die zijn zoals ik, ik wil hen een stem geven. Wij zien onszelf niet op tv. Je kunt geen programma’s vinden waarvan je denkt: hee, dat ben ik, dat is mijn leven, zonder het persoonlijk voornaamwoord of de sekse te moeten veranderen. Ook wil ik de mainstream iets leren over mijn subcultuur. Ik wil laten zien dat problemen universeel zijn. We willen allemaal liefde en blow jobs, we voelen ons allemaal anders dan anderen, we willen erbij horen en tegelijkertijd ons onderscheiden. Als instrument gebruik ik daarbij humor. Als mensen lachen, is er geen agressie. Een grap opent je hart. Als we de zaal uitlopen, nadat we samen om onszelf en om de ander hebben gelachen, staan we dichter bij elkaar.’
Is dat je droom?
‘Ik zou door de wereld willen lopen zonder angst. Krachtig en ongeacht hoe de omgeving op mij reageert. San Francisco is de meest queer-vriendelijke stad in de wereld, maar ik heb een tijdje in Parijs gewoond. Daar werden mijn vriendin en ik constant uitgescholden. In de metro, op straat. Eerst maakte me dat vreselijk bang. In Amerika betekent schelden ook slaan. Ik dacht, ze maken ons dood. Hier in Europa blijft het bij schelden.
Mijn houding ten opzichte van angst is altijd: ga erdoor heen. Ik heb punkrock gemaakt, ik heb drugs gebruikt, ik heb mijn borsten afgebonden. Ik zou hormonen kunnen gebruiken en mijn borsten eraf snijden. Dat heb ik serieus overwogen, maar nu denk ik: ik ben gewoon een dude with tits.’
Borsten onder oksels
In zijn show licht Breedlove toe dat hij niet kiest voor hormonen en operaties vanwege zijn ruige verleden. Als verslavingsgevoelige ex-junkie is het spuiten van testosteron een risico. ‘Ik zou er in een dag een hele maand voorraad doorheen kunnen jagen.’ En wat operaties betreft heeft Breedlove zijn portie ook wel gehad. Hij trekt zijn t-shirt omhoog en laat een groot litteken op zijn buik zien. ‘Ik heb besloten dat er voldoende in mij gesneden is.’ Maar in Amerika spelen de kosten van een behandeling ook een rol. Top surgery, oftewel een borst-reconstructie, kost achtduizend dollar, aldus Breedlove. De oplossing voor mannen in een vrouwenlichaam: een compressor shirt, slechts dertig dollar. Met hulp van een knappe dame uit het publiek – later blijkt: zijn vriendin – trekt Lynnee een strak shirt aan, waarmee zijn borstkas een platte vorm aanneemt. ‘Maar als je geen vriendin hebt, kun je ook een rol tape kopen, a twee dollar.’ Hij wikkelt al pratend de tape om zijn borsten. ‘Wel opletten dat je je tieten de goede kant opduwt. Femmes gebruiken ook tape, namelijk, om hun decolleté dieper te maken. Borsten dus onder de oksels.’
Hij spot ook met transmannen. Veel van hen waren vroeger lazy dykes. ‘Als ze van geslacht veranderen zien ze een sportschool-pornoster voor zich. Maar het blijven luie lesbo’s. Ze zijn niet gewend om iets aan hun uiterlijk te doen.’ Ook daarbij komt de tape van pas aldus Breedlove. ‘Free waxing!’ Hij snijdt het dikke plakband om zijn borstkas door met een mes, en rukt het in een keer van zijn lijf. ‘Au!’ hoor je vanuit de zaal.
In zijn show spot Breedlove met de community. Want iedere maand komt er een nieuwe letter bij. Intussen wordt de queer scene in Amerika aangeduid met zes letters: LGBTIQ, oftewel lesbian, gay, bisexual, transgender, intersexual en ‘questioning’. Breedlove spreekt de afkorting op het toneel uit als een onuitsprekelijk woord. Uit zijn performance spreekt echter een enorme toewijding aan iedereen die niet straight en non-trans is.
Hoe reageert de subcultuur op jouw gender?
‘Mijn vader is Amerikaans en mijn moeder Duits. Ik ben dus bicultureel opgevoed. En eigenlijk ben ik nu weer bicultureel: ik ben een jongen, maar ik zie eruit als een dyke. Het valt me op hoeveel weerstand ik daarop tegenkom: lesbische vrouwen zeggen dat ik geen echte pot ben, dat ik een onderdrukker of een verrader ben, tranny boys zien me niet als transseksueel omdat ik geen medische behandeling wil. Ik wil iedereen bij elkaar houden, net zoals ik vroeger tussen mijn ruzieënde ouders schipperde. Ik ben lesbiennes dankbaar voor hun bijdrage aan het feminisme. Aan de andere kant ben ik transseksueel, en voel me verwant aan de jongens die wel een behandeling ondergaan. Mijn grootste uitdaging is om de queer scene bij elkaar te houden.’
Tijdens One Freak Show maakt Breedlove een grap over bumperstickers. ‘In Amerika communiceren we via onze bumperstickers. Sommige mensen hebben bijvoorbeeld een sticker waarop staat: “Ik heb een hond en ik stem”. Ik heb mijn eigen bumpersticker ontworpen. Daarop staat: Ik ben een punkrock, tranny, feminist, queer, homicidal maniak en ik voed kinderen op!’ Behalve een eigen kind, de biologische dochter van een ex-vriendin en een donor-fag, is Lynnee ook een rolmodel voor veel lesbiennes en transjongens. ‘Dat is traditie onder butch dykes. Vroeger was het ook al zo dat als een jonge butch een bar binnenliep, een oudere butch haar onder de vleugels nam en wegwijs maakte. Veel mensen verliezen hun bloedbanden als ze uit de kast komen. We zijn elkaars nieuwe familie. Dus ik ben voor veel jongeren uncle Lynnee.’
Kijk voor meer informatie op http://www.lynnbreedlove.com